Over Luxemburgse Heuvelen

De Luxemburgse Ardennen zijn geknipt voor prachtige lange-afstandswandelingen. Beboste heuvels, mooie vergezichten en goed bedeeld met comfortabele auberges de jeunesse. Een verslag van een driedaagse gezinswandeling langs dierbare hondjes, reeën in ontbinding en net iets te korte bruggen. (1488 woorden, tien beelden)

Herfstwandelen is bij ons traditie. Iedere herfstvakantie trekken we de Veluwe door, de Zuidlimburgse heuvels op of de Achterhoek rond, om door goudgekleurde eindeloze bossen te lopen, op weg naar een volgende, nieuwe plek. Vaak gaan we vergezeld van donderwolken, slagregens en regenbogen, maar altijd is het licht scherp, zijn de bestemmingen warm en de lekkerenijen zoet. Een aspect hebben we veranderd ten opzichte van de vorige generatie. Niet langer gaan we naar stijve hotels, tegenwoordig overnachten we in trekkershutten of liever nog: in ruime en gastvrije stayokays.

img_2197

Op Luxemburg is ons oog gevallen, deze herfst, de Luxembrugse Ardennen om precies te zijn. Geen stayokays, wel veel auberges de jeunesse op wandelafstand van elkaar. We zullen er een paar forse heuvels voor over moeten, zien we op internet. De afstanden van de kant-en-klaartochten zijn net iets te groot voor de kleine beentjes, dus knutselen we zelf een route in elkaar.

img_2208

We parkeren de auto in de ochtenddauw van het dorpspleintje van Kautenbach, bestellen nog wat cappucinoos en warme chocomel met slagroom aan en hijsen ons in de rugzakjes. Voor ieder een passend maatje. Wanneer we het stationnetje van Kautenbach passeren zien we forenzen de trein inklimmen. Tsjoeketsjoek, trekt de boemel de bocht door om te verdwijnen achter de beboste heuvels. Achter de spoorbomen vinden we ons eigen spoor, duidelijk aangegeven met een rode driehoek. We klimmen binnen een kilometer steil zigzaggend ruim tweehonderd meter, leest zoon Melle (10) op de GPS. Hijgend bereiken we de top van onze eerste berg. ”Pap, hoever moeten we nog,” klinkt het vanuit de achterhoede.

img_2037

Bossen, in heksenbossen donker als de nacht eten we dikbelegde boterhammen, plus wat snoep voor de goede zin. We plukken zwartpaarse, heerlijk zoete bosbessen, de massa’s prachtige paddestoelen laten we wijselijk staan. Met zakmessen schaven we wandelstokken voor de volgende berg. Halverwege stuiten we op het rottende kadaver van een ree. Kort stukje aanschouwelijk onderwijs van de bovenste plank, overal komen beestjes uit, maar nu snel weer verder want de stank is ondraaglijk.

Nergens collegawandelaars of ander volk te zien hier, behalve wat vage schimmen rond boerderijtjes aan de andere kant van het dal. Op de top van berg twee verlaten we het beschermende bladerdak. Ineens blijken we onder een zwaar betrokken hemel te lopen, waaruit aarzelend dikke regendruppels beginnen te vallen. Schuilen heeft geen zin, dus hijsen we ons in de regenponcho’s. Als vijf blauwe bosheksjes ronden we de laatste berg van de dag en soppen door de straten van het stadje Wiltz, nagestaard door verwonderde bouwvakkers. Nog een klein stukje -tsjonge wat is het toch steil hier- en we trappen onze doorweekte schoenen uit in de receptie van de Jugendherberg. ”Mam, ik geloof dat mijn sokken ook nat zijn,” merkt Sep (7) eindelijk op.

img_2003

We krijgen van de receptionist een stapel oude kranten en een ruime zolderkamer met uitzicht over de rest van regenachtig Wiltz. De kranten proppen we in de schoenen, de natte kleren hangen we boven de radiatoren. Zelf kruipen we onder de warme douches en betreden als herboren de eetzaal, gedomineerd door een Luxemburgs schoolklasje met pubers die alle talen met elkaar lijken te spreken. Onze jongens kijken hun ogen uit. Altijd leuk, al die mensen, al die talen, wie hoort bij wie, wie is nu de groepsleider en wat komen ze hier eigenlijk doen. Nog leuker is dat je hier zelf je eigen eten mag opscheppen. Ontdekken dat Luxemburgers geen mayonaise op hun frieten doen, maar louter ketchup. Stiekem driemaal achter elkaar een toetje halen, ook dat hoort er bij.

img_2159

De Luxemburgse wereld lacht ons ’s ochtends tegemoet, met bakken vol stralende herfstzon en een rijk gevulde ontbijttafel. We lopen wat door Wiltz en ontdekken een fraai stadje en een echte boulangerie, waar we warme broodjes voor onderweg aanschaffen. ´´Die taart pap, zullen we die ook kopen,´´ wijst zoon Melle op een grote taart met bosbessen, niet helemaal geschikt voor in de rugzak. Die moet dus maar meteen op. De broodjes gaan de rugzak in, de rugzak zelf de schouders op. We hebben vijftien kilometers voor de boeg, opnieuw over berg en dal. We passeren lange boerderijen, dikke koeien en voeden nukkige ezels met extra mals bermgras. Een vriendelijk hondje loopt een stuk met ons op en mee het bos in. Op een open plek in het bos koesteren we ons in de warme herfstzon en genieten van de gouden herfstkleuren. Dit is welverdiend, na de slagregen van gister. Sep doopt de hond met de naam Rosa , en is ineens vergeten is hoe lang wandelen soms kan duren.

img_2200

Rosa blijft kilometers lang meelopen, tot grote vreugde van een verliefde Sep. Maar we moeten een paar gevaarlijk drukke wegen over, en sowieso moet die hond gewoon naar huis. Vader vervult zijn beulswerk, Rosa schrikt van de strenge bevelen. Schielijk steken we de grote weg over en duiken het bos in. Rosa is afgeschud, Sep ontroostbaar. Kilometers uitleg volgen, gemengd met lange tranen.

img_2049

We rusten uit bovenop de berg van Buderscheid, naast een opgezette bom die dient als oorlogsmonument. Uit een huisje komt een vriendelijk oud mannetje aangesjokt. Waar we vandaan komen. Nederland! Ah, heel goed. Waar we heen gaan. Naar Lultzhausen? Heel mooi daar, prachtige route, knap van die kleine jongens. Maar u kunt beter wel even bellen dat u eraan komt, dan komen ze u halen van de overkant. Maar er is toch een brug? Jawel, maar die is niet af. Brug niet af? We begrijpen het Luxemburgs maar half en bellen braaf, maar treffen slechts een antwoordapparaat.

We vervolgen onze weg bergaf, langs weilanden, door bossen, genieten van de prachtige uitzichten en ontwaren diep onder ons het langgerekte stuwmeer van de Sure. Aan de overkant huisjes, en iets dat op een drijvende brug lijkt. We dalen af tot de oever. Merkwaardig. De pontonbrug begint een meter of tien vanaf de wal en loopt tot tien meter voor de wal aan de overkant. We bellen nog eens, tevergeefs. Gooien wat steentjes in het water. ”Zwemmen maar pap,” vindt middelste zoon Thijs (8), die wat sloepjes heeft gespot aan de overkant. Pap steekt zijn vinger in het water: veels te koud.

img_2112

Dan klinkt vanaf de overkant geplons en gespetter, en liggen twee jongemannen luid proestend in het water. We horen de mannen Nederlands praten en roepen om hulp. De twee worden onze redders, met een sloepje zetten ze ons over. Eeuwige roem is hun deel. In zoveel mogelijk water springen blijkt hun hobby. Morgen gaan ze in het meer van Geneve springen.

De jeugdherberg van Lultzhausen is groot, maar op ons gezinnetje na helemaal leeg. We worden vergast op een heerlijk Luxemburgs maal door de Afrikaanse kok. Spelen nog een potje kaart aan de bar. Zien onder het genot van bier en cola een voetbalwedstrijd uit Verweggistan op de satelliettelevisie. Spelen zelf nog een potje voetbal met een bol sokken op de lange, verlaten gangen. En kruipen moe maar voldaan onder de heerlijke Luxemburgse dekbedden. ”Pap, gaan we morgen weer zo’n mooi stuk wandelen,” vraagt Thijs.

img_2084

Etappe drie was te lang, hadden we thuis al berekend, dus beginnen we volgens planning met een kort ritje zeer punctuele bus. We zijn de enige passagiers, vijf kilometer naar het mooie stadje Esch. We drinken koffie in een Nederlandse kroeg en trekken de korte broek uit de rugzak; zo warm kan het dus nog zijn, eind oktober in Luxemburg.

img_2062

De dagetappe meandert prettig vlak langs de bochtige rivier de Sure. We passeren herbergjes, campings en schilderachtige dorpjes. In een boom krijst een reiger, de eerste boomreiger voor de hele familie. Het laatste deel van de etappe voert ons over de kam van een prachtige berg, en op een stel bassende raven na geheel verlaten. Na een allerlaatste rustpauze, verrijkt met de rest van alle snoep uit alle rugzakken, lopen we recht op het stationnetje van Goebelsmuehle af. Precies volgens schema kondigt de boemel zich luid toeterend aan. We hoeven maar een stationnetje verder, in minder dan vijf minuten zijn we terug bij onze trouwe auto. Tot spoedig ziens, Luxemburg.


Praktische informatie:
Via www.youthhostels.lu zijn alle Luxemburgse hostels eenvoudig online te boeken. Ook zijn er wandelpaketten te boeken, varierend van drie tot zes dagen wandelen, inclusief overnachtingen, maaltijden en kaarten, vanaf €85. Voor fietsers en mountainbikers zijn dergelijke paketten ook verkrijgbaar.
De Luxemburgse heuvels zijn erg goed bewegwijzerd, zowel op de kaart als de route zelf. Uit de vele paden en routes is eenvoudig een passende wandeling te maken. Via de Belgische topografische dienst www.ngi.be zijn online Luxemburgse stafkaarten (1:20.000) te bestellen. Horeca is ruim aanwezig in de dorpen langs de routes, hoewel buiten het seizoen soms gesloten.
De drijvende brug naar Lultzhausen is inmiddels voltooid. De route van de gelopen wandeling voor de GPS (waypoints en tracks) is verkrijgbaar bij de auteur (abumelle@xs4all.nl).

(Artikel verscheen ook eerder in Toer, magazine Stayokay, mrt 2008)

______________

Waardeer dit artikel!!

Bovenstaand stukje werd je gratis aangeboden. Als je dat waardeert en dat wilt laten blijken met een kleine bijdrage: dat kan! Zo help je onafhankelijke journalistiek in stand houden.

NB: Zonder kosten, elke cent komt in het journalistenbeursje
Naar doneren, veilig en in twee kliks. Thnx!

Geef een reactie