Ouderverenigingen trekken samen op

Op onderwijsbeurs NOT eind januari stonden de ouderverenigingen Pharos, HINT en Choochem voor de tweede maal als Koepel Hoogbegaafdheid belangstellenden uit de onderwijswereld te woord. Voor, maar vooral áchter de schermen trekken de ouderverenigingen -aangevuld met Mensa- steeds vaker gezamenlijk op. Met succes. ‘Uit deze samenwerking valt veel te halen. We kunnen nu gaan verzilveren.’ (1274 woorden) Ergens op de uitgestrekte onderwijsbeurs NOT staat het hoogbegaafdheidsplein; een expositieruimte betaald door het ministerie van OCW. Kleine verhoging, met infopanelen, koffie, zakje snoep, een grote ronde tafel en een bemanning van louter deskundigen op het gebied van hoogbegaafdheid. Alle dagen is het een komen en gaan van onderwijzers, pabo-studenten, leraren en schoolmanagers, alle dagen vliegen de folder en flyers het plein af. De consultants van het CPS en SLO, verzameld in het Landelijk Informatiepunt Hoogbegaafdheid, zijn goed vertegenwoordigd, net als de wetenschappers van het Centrum voor Begaafdheidsonderzoek CBO. En aangevuld met een roulerend tweetal ervaringsdeskundigen van de koepel hoogbegaafdheid.

Het is niet altijd zo geweest dat de ouderverenigingen schouder aan schouder stoonden. CPS-consultant Greet de Boer kreeg zeven jaar geleden het dossier hoogbegaafdheid in de schoot geworpen. ‘Het enorme aantal clubs dat zich met hoogbegaafdheid bezig hield, joeg haar wel enige schrik aan. Toen ik door die stapel heen was, zei ik tegen een collega: Het is wel veel zeg. Het voelde als een soort wespennest. Terwijl als je met die mensen doorpraatte, bleken ze allemaal hetzelfde gemeenschappelijk doel te hebben.’

Jarenlang zijn de spelers op ‘het veld hoogbegaafdheid’ zo van zichzelf overtuigd geweest, dat het wereldje voor buitenstaanders soms een slangenkuil leek. Totdat op een heldere dag de drie ouderverenigingen Pharos, HINT en Choochem besloten structureel om de tafel te gaan zitten. Ria Havinga, huidig voorzitter van de Koepel Hoogbegaafdheid: ‘Begin 2003 zijn we voor het eerst bij elkaar gekomen. Tot dan was het veld te versnipperd, dat is voor gesprekspartners moeilijk praten. Er moest één aanspreekpunt komen, vooral voor de overheid.’

Sindsdien is het niet heel hard, wel erg gestaag gegaan, vertelt Havinga: ‘De koepel is geen formele organisatie, meer een soort platform. De individuele verenigingen moeten zichzelf vooral blijven profileren. Wat we doen binnen de koepel is het delen van belangen en het bundelen van kennis. Vooral in de contacten met het onderwijs en de politiek. De regering heeft altijd moeite gehad hét gezicht van de hoogbegaafden te vinden. Ze wisten gewoon niet wie die hoogbegaafden nu echt vertegenwoordigde. We hebben daarbij ook Mensa uitgenodigd. Als we de belangen van hoogbegaafden willen behartigen, kan dat niet zonder Mensa.’

Samen op de NOT
Op onderwijsbeurs NOT in 2005 trad de koepel voor het eerst gezamenlijk naar buiten. Waar voordien de verschillende clubs verloren over de beursvloer verspreid stonden, daar stonden ze voor het eerst gebroederlijk tezamen op het ‘hoogbegaafdheidsplein’. Meer werk verzet de koepel echter achter de schermen. Om de twee maanden vergaderen de acht bestuursleden, van elke vereniging twee. Meestal op een zaterdagochtend, ongeveer van elf tot twee, ergens in een zaaltje langs een snelweg. Voorzitter Ria Havinga: ‘Dat is zowel gezellig als zakelijk. En zonder uitzondering constructief. Soms zijn er ook spanningen, dat hoort bij elke relatie. Vooral in het begin moest er duidelijkheid ontstaan. Toen was het: zien we elkaar als bedreiging of kans. Nu zien we vooral kansen.’ Charlotte Hoyng, moeder van twee hoogbegaafde kinderen en zelf ook werkzaam in het onderwijs, zit namens Mensa in het bestuur van de koepel: ‘Ik heb ook twee hoogbegaafde kinderen. Dat sluit mooi aan bij de ouderverenigingen. Ik bemerk een ontzettende gedrevenheid. Soms gaat het langzaam, zo’n vergadering. Laatst hebben we gesleuteld aan een werkdocument, traag lijkt dat dan te gaan. Als ik daarna thuiskom besef ik pas dat we eigenlijk heel veel gedaan hebben.’

Af en toe komt een genodigde ter vergadering. Op de komende agenda staat bijvoorbeeld het Amerikaanse NAGC-rapport, over de praktijk en wenselijkheid van versnelling (klas overslaan) binnen het onderwijs. Havinga: ‘Als koepel moeten we zorgen dat uit zo’n rapport ook aanbevelingen uitrollen voor het onderwijs in Nederland. De afgelopen twee jaar hebben we ons als belangenbehartiger duidelijk neergezet, vooral in relatie met het ministerie van onderwijs. Als koepel hebben we bijvoorbeeld deelgenomen aan het WSNS+ (weersamennaarschool) overleg.’ Hoyng: ‘Ook in het overleg met de overheid over de zorgplicht is het goed wanneer je kan zeggen dat je namens 95% van de doelgroep praat.’

Veelzijdigheid
De koepel is nog geen overactieve lobbyclub. Er wordt bijvoorbeeld niet geprobeerd invloed uit te oefenen op het regeerakkoord, zoals andere belangenverenigingen voor en achter de schermen nu juist wel doen. Havinga: ‘Dat is nog wat prematuur, we zijn elkaar nog steeds aan het verkennen. Inmiddels hebben we wel gemerkt dat er uit deze samenwerking veel valt te halen. We kunnen nu gaan verzilveren.’ Hoewel dat vooral in de contacten met politiek, overheid en onderwijs moet gebeuren, druppelt de samenwerking ook door naar beneden. Havinga: ‘Het leuke is dat je elkaar door deze samenwerking meer ziet staan. Er is veel meer interesse over wat er leeft bij elkaar. Dat leidt op regionaal vlak soms zelfs tot samenwerking. Heel praktisch: soms is de belangstelling voor een bepaalde lezing apart te beperkt. Dan kan het wel uit als twee verenigingen samen een zaaltje huren.’

Intussen –zeggen de mensen van de koepel- moeten de ouderverenigingen vooral hun eigen achtergrond en kracht blijven koesteren. ‘HINT en Pharos moeten zich blijven richten op de voorlichting aan ouders en scholen. Mensa moet er blijven voor de volwassenen. En Choochem moet zich bezig blijven houden met het kerkelijk onderwijs,’ zegt Havinga, zelf afkomstig uit Choochem. Juist de veelzijdigheid brengt vruchten als de gele informatieboekjes, waarvan de tweede onlangs het licht heeft gezien. Havinga: ‘Dat is met name voor leerkrachten en ouders geschreven. De samenstelling ging vrij gemakkelijk. Iedere brengt wat aan. Er is immers al een schat aan kennis en contacten.’

Ook volgens consultant Greet de Boer, inmiddels projectleider van het Landelijk Informatiepunt Hoogbegaafdheid namens het CPS, is er sinds 1999 veel vooruitgang geboekt: ‘Het contact met de ouderverenigingen is vanwege samenwerking in de koepel structureel geworden. Ze zitten vaker aan tafel. Dat is winst. Toch kan het nog beter. Niet alleen de deskundigen en de scholen, ook de ouderverenigingen zouden altijd een automatische gesprekspartner moeten zijn. Wij willen graag nog meer weten, nog vaker horen waar de vragen en de successen zitten. Dan lukt er nog meer. Want als ik de geluiden hoor uit het buitenland, dan doen we het in Nederland zo gek nog niet.’

Kader met foto

Alleen al in de organisatie geeft het lucht

Op een hoog tafeltje met het bord hoogbegaafdheidsplein van onderwijsbeurs NOT leunt Hans van Rooij, vader van vijf kinderen, waarvan drie hoogbegaafd. Op zijn borst een bordje: koepel hoogbegaafdheid. Van Rooij fungeert naar eigen zeggen vooral als een veredelde receptionist: Zo’n beurs leent zich niet zo voor diepgaande gesprekken. Je bent natuurlijk wel ervaringsdeskundige, maar het gaat er hier meer om dat je de mensen kan vertellen waar ze nog beter terecht kunnen. Dus verwijs ik door naar de mensen van CPS, SLO en CBO hier op onze stand. Ik loop trouwens zelf ook mee, want daar leer je ook weer van.

Van Rooij is regiocoördinator van Pharos Brabant. Op het regionale niveau is nog niet veel van de samenwerking tussen de ouderverenigingen te merken, vindt Van Rooij. Hier wel. Alleen al in de organisatie geeft het lucht. Vanwege de koepel kunnen we nu putten uit een grotere groep vrijwilligers, zodat we hier iedere dag weer mensen hebben staan. Meer effect heeft het – denk ik- in de hogere regionen, waar het samenspel plaatsvindt, waar de strategie wordt bepaald. Want of het nu Pharos, HINT of Choochem is, eigenlijk is dat niet interessant. Uiteindelijk hebben we allen het zelfde doel.

(Artikel verscheen eerder ook in tijdschrift Talent)

______________

Waardeer dit artikel!!

Bovenstaand stukje werd je gratis aangeboden. Als je dat waardeert en dat wilt laten blijken met een kleine bijdrage: dat kan! Zo help je onafhankelijke journalistiek in stand houden.

NB: Zonder kosten, elke cent komt in het journalistenbeursje
Naar doneren, veilig en in twee kliks. Thnx!

Geef een reactie