Thuisblijven is duurder; de reisleider als crisismanager

Te weinig auto’s, de bus te laat, het eten is niet lekker en wat voor schoenen moeten we aan. De reisleider van avontuurlijke reizen moet zowel lief als resoluut zijn en alle tegenslag 24/7 de baas zijn. De concurrentie is moordend, de beloning gering. 

De tafels in het Rode-Kruiszaaltje staan aaneengeschoven in een carré.  Achter de tafels nascholende reisleiders. In het midden Truus Zuidema, cursusleidster van de stichting Medizon. ‘’Ik ga het vandaag ook hebben over lijken’’, vangt Truus de cursus ‘basic life support’ aan. ‘’Stel: er kukelt er eentje om. Wat doe je? Praten, heel goed, je moet weten of ‘ie ‘t nog doet. Nee, niet meteen d’r aanzitten.’’

Truus onderwijst de reisleiders een dag lang mooi plastisch over wat er zoal aan ongelukken kan gebeuren op reis. Veel, dat is wel duidelijk. En ernstig. Goed kijken is haar belangrijkste advies: ‘’Kijk naar de kleur van de huid, is ie rood, wit of blauw.’’

Kort na de lunch komt Herman de zaal in strompelen, rugzak op, bergschoenen aan de voeten. Lijkbleek heeft Herman zich gemaakt, druppeltjes op het voorhoofd, ingevallen wangen. De huid is van zijn hand afgerold, daar was een steen op gevallen, stamelt hij voordat hij inzakt. De cursisten lachen besmuikt, maar trekken intussen wel wit weg.

Twee nascholers laten Herman liggen, vragen wat er is, houden zijn benen omhoog. Hoe goed ze het ook doen, ze missen de inwendige bloeding. Herman rolt op zijn zij en glijdt rillend weg naar het hiernamaals. Truus: ‘’Maar jullie deden het goed hoor. Lief zijn, gewoon lief zijn, dat is het beste. Volg je intuïtie. Maar nu eerst even koffie.’’ De ontlading is een nascholende reisleidster teveel, snikken mag ze op Truus’ schouder.

‘’Thuisblijven is duurder’’, slogant The Shoestring Company, een van de vele kleine avontuurlijke reisorganisaties die het laatste decennium zijn opgeschoten. De markt is goed, werkgeversorganisatie ANVR rekent ook dit jaar weer op ruim 20% meer boekingen. Waarom ook niet, een maand lang avontuur in een ver buitenland kost minder dan een modaal maandsalaris.

Het aanbod is enorm, geen hoekje van de wereld mag onbezocht blijven.  Zij aan zij met de globetrotters betreden nu ook gewone vakantiegangers de laatste ongebaande paadjes door de jungle van Kalimantan, of de Groenlandse toendra’s.  De stoeren stoppen er nog wat survival bij, die stappen een maandje op water en brood per kameel door de Mauretaanse Sahara. Voor de verveelde die-hards die echt overal al geweest zijn en alles al gedaan hebben, is er altijd nog wel ergens een spannend weekje canyoning te regelen. Live to the max.

De spanningshonger van de Nederlander vraagt steeds meer van de reisleider. Het vak is een wat uit de hand gelopen hobby. De hippie met een stel enthousiaste reizigers op sleeptouw heeft plaats gemaakt voor de crisismanager met een groep veeleisende yuppen, jongeren en bejaarden in zijn kielzog.

Overal en altijd loeren kleine probleempjes en grote gevaren. Sterfgevallen zijn zeldzaam, kleine ergernissen en groepsfricties dagelijkse kost. Te weinig auto’s, de bus is te laat, de trein al weg. Zakdoekje leggen met de groep als een vlucht uitvalt. Een hondenbeet, enkelfractuur, de halve groep heeft diarree.

Mensen gaan onvoorbereid en ongetraind mee op reis, zelfs pure strandgasten en sekstoeristen melden zich tegenwoordig aan voor een avontuurlijke reis. Alles tot groot verdriet van de reisleider, die nu loon naar werken wil zien.

Sawadee reizen (‘bergen ervaring, kilometers avontuur!’) leidt zijn reisleiders op in Fort Penningsveer, een oud bastion van de Amsterdamse waterlinie. Hard ruisen de populieren boven het water dat de bunker omgracht, en juist daar heeft aankomend reisleider Carolien de nodige moeite mee. Carolien heeft in het rollenspel opdracht gekregen een ‘slecht nieuwsgesprek’ te voeren: wegens onverwachte feestdagen gaat de prachtige treinreis door het allermooiste stukje Vietnam niet door.

Haar nieuwe collega’s spelen de rol van lastige klanten, doen dat met verve. Verontwaardiging en boosheid overdonderen Carolien, die zwakjes roept dat ze graag eerst alle wensen en alternatieven wil inventariseren. Opleidster Karlijn, een gelouterd reisleider: ‘’Ik wil meer volume.’’ Carolien: ‘’Ik kan niet harder.’’ Karlijn na afloop: ‘’Je liet je manipuleren. En ik heb een gigantisch aandachtspunt: je stem.’’

Drie dagen hebben de zeven senior-reisleiders van Sawadee om twee dozijn aspirant-reisleiders klaar te stomen voor het nieuwe avontuurlijk seizoen. De cursus doet denken aan een dure managerstraining, keihard krijgen de deelnemers hun zwakkere kanten blootgelegd. Dat breekt het ijs, zeggen de opleiders, daarna kan gewerkt worden aan de opbouw.

Coördinator Joost Kirkels: ”Het moeten alleskunners zijn. Tegelijk proberen we ze met hun neus onze kant op te duwen. Hoe enthousiaster ze voor ons zijn, hoe harder ze voor ons zullen lopen. We beseffen heel goed dat de reisleider een reis kan maken of breken. Daarom gaan we steeds beter voor ze zorgen, hoewel we dat in geld nauwelijks waar kunnen maken. Maar een nieuwsbrief, cadeautjes, af en toe wat aandacht kan hen het gevoel geven dat ze er bij horen. Want er is ook een hoop shit.’’

De shit waar Kirkels op doelt heeft drie jaar geleden geleid tot de oprichting van Harmattan, belangenvereniging voor reisbegeleiders. In Harmattan  (‘wind die stof doet opwaaien’) zijn ongeveer driehonderd van de naar schatting anderhalfduizend reisleiders verenigd. De mensen van Harmattan strijden voor betere beloning en betere arbeidsvoorwaarden.

Een van de gangmakers van Harmattan is Jan Vos, een vriendelijk besnorde reisleider Latijns-Amerika. Vos begeleidde de afgelopen zes jaar in totaal zevenhonderd mensen op hun reis door Latijns-Amerika. ”Dat breekt op. Dit jaar wilde ik eens thuisblijven, in mijn eigen bed slapen.” Vos werkt daarom een jaartje op het kantoor van werkgever Baobab aan de Amsterdamse Haarlemmerstraat, een straat waar ook concurrent Koning Aap, en oudgediende Ashraf (‘verre weg het avontuurlijkst’) hun kleurrijke kantoren hebben.

Jan Vos vertelt over een minder leuk avontuur: ,,In Ecuador enterden gewapende mannen met kousen over het hoofd onze boot, namen alles in. Ik moest twintig mensen helpen die allemaal met een trauma zaten. Pas toen ze naar huis waren had ik tijd voor mijn eigen trauma.  Maar toen was ik helemaal alleen en opgebrand. Een week later kwam de volgende groep alweer.’’

Toch zijn het volgens Vos niet de extreme ervaringen die een zware wissel trekken op de reisleiders. De dagelijkse beslommeringen, en de groeiende groep zeurende klanten zijn misschien wel zwaarder. ”Veel mensen willen avontuur, spanning, weg van de Hollandse zekerheid. Meer veel mensen kunnen dat avontuur helemaal niet aan. Avontuur betekent dat er een wegversperring is, of dat de douane alles en iedereen wil uitkleden. Steeds meer mensen willen spannende busreizen, zolang die busreis maar net zo verloopt als in de folder staat beschreven. Dan denk ik: jullie moeten gewoon ergens een hotel boeken, niet deze reis,” zegt Vos.

Een verdieping hoger is het kantoor van Rob Regnault, een van de twee bazen van Baobab. Ook Regnault was in vroeger jaren reisleider. Indonesië was zijn passie, de koloniale prenten aan de muur voeren hem af en toe nog wel eens naar de Oost. ”Vroeger had ik een rugzak op, lange haren. Op een gegeven moment zat ik alleen nog op kantoor, leiding te geven aan 130 reisleiders. Nu hebben we tienduizend klanten. Ik ben wel een beetje zakenman geworden, ja.’’

Baobab (‘een betrouwbaar avontuur’) kwam er betrekkelijk laat achter dat het toch wel een keiharde wereld was toen nieuwkomer Djoser (‘een andere manier van reizen’) met een gericht marketingbeleid en lage prijzen de avontuurlijke reiswereld kwam opschudden. ‘’Dat het een harde wereld is, daar zijn we nu wel achter. Maar als zij het niet hadden gedaan, was er wel een andere Djoser gekomen. Ook wij hebben onze kosten sindsdien omlaag gehaald. Het bijzondere natuurgebied is een iets minder bijzonder natuurgebied geworden,” zegt Regnault.

Een van de punten waarop hij niet wil inleveren is de kwaliteit van de reisleider. ‘’Het belang van een goede reisleider is groot. Ik zou zeggen dat het slagen van een reis voor de helft van de reisleider afhangt. Wij stoppen daar veel energie in. Er is nog nooit een reisleider van ons naar een concurrent gegaan, terwijl ze wel van andere organisaties bij ons komen.’’

Wijnand van Riel was de afgelopen twee jaar voorzitter van Harmattan, begin dit jaar gaf hij er de brui aan. ‘’Uit onmacht eigenlijk, we bereikten veel te weinig. De werkgevers willen niet eens kennismaken, volgens hen zijn we geen werknemers.” Van Riel was zes jaar reisleider, schreef een reisgids over Jemen en schrijft er nu een over de Zijderoute.

Ook Van Riel leerde de minder plezierige kanten van het vak kennen toen een Jemenitische stam de mannen van zijn groep gegijzelde. ,,Ik was een traumateam in m’n eentje, moest alles zelf oplossen. Naar de politie, naar het ministerie van binnenlandse zaken, naar de ambassade. Het ergste was het moment dat ik de vrouwen naar het hotel bracht en terug langs datzelfde dorp moest. Was helemaal belegerd,’’ vertelt Van Riel.

Hij is inmiddels reisleider-af, onder meer door de slechte arbeidsvoorwaarden van het vak: ‘’Als reisleiders al een contract krijgen, dan is het een tijdelijk contract voor 18 uur per week. Dat is natuurlijk uit de duim gezogen. Het is allemaal heel armoedig. Je wordt behandeld als freelancer. De risico’s zijn allemaal voor eigen rekening, terwijl de betaling onder het minimumloon ligt. Het is niet alleen oneerlijk, ook kortzichtig,” vindt Van Riel, doelend op het leegrakende reservoir aan werkloze academici waaruit reisorganisaties hun reisleiders doorgaans recruteren.

De arbeidsmarkt is nu zo krap dat reisleiders eisen kunnen stellen. Zoals Jorge Bruinsma dat doet. Hij werkte eerder voor Litho en Vamonos, maar loopt nu mee in de cursus van Sawadee: ”Ik heb wel wat geshopt, ja. Bij Djoser ben ik ook geweest. Daar moet je de kamer delen met een klant, bij Sawadee is het allemaal wat beter geregeld.”

Vergoedingen voor reisleiders wisselen sterk. Het basistarief is al jaren vijftig gulden voor een dag van pakweg veertien uur, zeven dagen per week. De arbeidsinspectie waarschuwde Harmattan vorig jaar nog dat een onderzoek naar de arbeidstijdenwet zou kunnen leiden tot een verbod op het beroep, niemand mag zo lang achtereen werken. Om sociale premies te omzeilen bestaat het loon voor het grootste deel uit een zogenaamde onkostenvergoeding, het witte salaris bedraagt doorgaans slechts 16 gulden per dag. Maar er zijn ook reisleiders die helemaal geen contract krijgen, en pas voor de rechter hun loonzakje ontvangen.

Sinds de flexwet hebben de reisbazen het een beetje benauwd gekregen. De flexwet zegt dat na drie maanden, of na elk derde contract,  een vast dienstverband gaat gelden. De Travel Unie (voorheen Holland International en Arke), die zich de laatste jaren ook op de avontuurlijke markt begeeft, heeft intussen de buitenlandroute uitgevonden. Hun reisleiders krijgen de contracten sinds 1 januari vanuit een Zwitsers kanton opgestuurd, daar geldt geen flexwet.

Baobab en Djoser hebben een uitzendbureau in de arm genomen, want voor uitzendwerk geldt de flexwet ook niet. Baobab-baas Regnault: ”Er is een alternatief. We kunnen de flexwet ook uitschakelen met een CAO, dat zou het allemaal een stuk eenvoudiger maken. Binnen de werkgeversorganisatie ANVR heb ik daarvoor gepleit, als enige. De anderen willen er niet over praten.”

Individueel schuiven de reisbazen elkaar de zwarte piet toe, als collectief geven ze vooralsnog niet thuis. Op aandringen van de mensen van Harmattan vroeg FNV-onderhandelaar Jan Verhey de werkgevers twee jaar geleden al om een CAO voor reisleiders. Tevergeefs. ”Dit jaar is het weer niet gelukt. Volgens de werkgevers zijn reisleiders geen werknemers. Dus nu gaan we naar de rechter. Ik heb ’t idee dat we het wel halen. Dan krijgen we een normale arbeidsrelatie en zullen ze in ieder geval het minimumloon moeten betalen.”

Verhey denkt dat de onwil van reisorganisatoren voortkomt uit de angst om de concurrentiestrijd te verliezen: ”Neem van mij aan dat de harmonie in de reiswereld ver te zoeken is, het is een vechtwereld. De markt is goed, er is nog behoorlijk wat te halen. De mensen die gewoonlijk naar Benidorm gaan zijn het beu, die willen ook wel eens naar Vietnam.”

Probleem voor de mensen van Harmattan zijn de reisleiders zelf. Hun liefde voor het vak is zo groot dat velen genoegen nemen met weinig, soms zelfs met alleen de fooi, zolang ze maar op reis kunnen. Lastig is ook de communicatie, reisleiders zijn immers regelmatig op reis. Ten slotte is het individualisme van de reisleiders groot. Wars van regeltjes zijn ze, bang om met die regeltjes hun vrijheid te verliezen. Ex-reisleider Van Riel: ”Misschien dat je vrijheid verliest. Maar ook de stank, er zijn een heleboel dingen die gewoon stinken.”

Eerder ook in NRC Handelsblad, 7 augustus 1999, zie nrc3

______________

Waardeer dit artikel!!

Bovenstaand stukje werd je gratis aangeboden. Als je dat waardeert en dat wilt laten blijken met een kleine bijdrage: dat kan! Zo help je onafhankelijke journalistiek in stand houden.

NB: Zonder kosten, elke cent komt in het journalistenbeursje
Naar doneren, veilig en in twee kliks. Thnx!

Geef een reactie