Saoedi-Arabië lokt de high-end-toerist, als voorbereiding op de postcarbon toekomst

Om de staatskas minder afhankelijk maken te maken van olie en de jonge bevolking te voorzien van werk stimuleert Saoedi-Arabië het toerisme, met grote middelen. Het verleidt koopkrachtige Saoediërs tot binnenlandse vakantie en lokt buitenlandse high-end toeristen voor een bezoek aan het authentieke Saoedi-Arabië, alles in hyperluxe. Misschien zelfs met een alcoholische verrassing.     Foto’s: Nico te Laak

Het weekendje weg voor de Saoediër gaat zo: ergens in het onmetelijke Saoedi-Arabië afspreken met familie of vrienden, kleedje uitrollen en de ruim gesorteerde picknickkoffer uitpakken. Eindeloos thee drinken, staren in het landschap, keuvelen tot de maan op en weer ondergaat. ‘Kashta, zo noemen we de Saoedische picknick,’ zegt veertiger Ali, met drie vrienden neergestreken op een zinderende vlakte aan de voet van de Sarawat bergen, waar de zon in de Rode Zee zakt en het verkoelende windje al opsteekt. Ali pakt de waterpijp erbij. ‘We zitten hier tot diep in de nacht. Zet je tentje ook gewoon hier op! Nog een kopje thee?’ 

Kashta mag populair zijn, het levert de Saoedische economie en schatkist niks op, en dat moet anders. Decennialang zijn olie-inkomsten gebruikt om de loyaliteit van de bevolking af te kopen, maar door de bevolkingsgroei -van 6 miljoen in 1972 naar 34 miljoen in 2022- zijn daar nu te veel Saoediërs voor. Oliedollars stromen nog altijd binnen, maar de olie raakt onherroepelijk een keer op, of eerder nog: om klimaatredenen moeilijk verkoopbaar.

Met de oliedollars die nu nog un ruime mate binnenstromen transformeert Saoedi-Arabië daarom de economie naar het post-carbontijdperk.  Het economisch meerjarenplan ‘Vision 2030’ mikt op een groei van het niet-olie-inkomen van 15 procent naar 50 procent van het BNP in 2030. Met nieuwe, duurzame megasteden, de grootste waterstofeconomie ter wereld en andere megaprojecten wil de overheid vooral hightechbanen creëeren, om de honderdduizenden jonge Saoediërs die jaarlijks de arbeidsmarkt betreden van werk te voorzien.

Ook de toerisme-industrie moet groeien, van 5,3 procent nu naar 10 procent van het BNP. Concreet betekent dat: jaarlijks honderd miljoen bezoeken, ruim anderhalf miljoen nieuwe banen en 150 miljard dollar aan inkomsten in 2030. Met hulp van de pandemie lijkt een eerste horde genomen: koopkrachtige Saoediërs die de afgelopen veertig jaar de verstikkende religieuze regels ontvluchtten met vakanties naar Dubai, Bahrein, Cairo of het Westen, blijven nu thuis. 

Sinds kroonprins Mohammed bin Salman in 2017 aantrad en als verlicht dictator de invloed van de conservatieven terugdrong, heerst een een liberaler maatschappelijk klimaat in Saoedi-Arabië. Kroonprins ‘MbS’ is berucht in het Westen vanwege de affaire Khashoggi, maar binnenslands vrij populair. De religieuze politie is opgedoekt, vrouwen zitten niet langer thuis opgesloten en de overheid schiep een rijk en onafgebroken cultureel aanbod, met de introductie van bioscopen, festivals en optredens van regionale en internationale sterren. ‘Alles is hier nu,’ zegt Razan Nasser (27), een jonge hoogopgeleide Saoedische, in een coffeeshop in havenstad Jeddah. ‘We hoeven nergens meer heen.’ 

Het binnenlands toerisme leidde in coronajaar 2021 volgens cijfers van het Saudi Tourism Authority tot 52 miljoen binnenlandse bezoeken en al 836.000 extra banen in de toerisme-industrie. Maar hoe lang de binnenlandse vakantie de Saoediërs blijft boeien, is onzeker en voor de beoogde honderd miljoen bezoeken moet ook de buitenlandse toerist gelokt worden. De Saoediers mikken daarbij met hyper- en ultraluxe accommodaties op het highend toerisme: jargon voor de koopkrachtige toerist. 

4 juni 2022- De hoge olieprijs stuwt de Saoedische economie naar nieuwe hoogtes, maar ook over de groeicijfers van het toerisme laat het Saudi Press Agency jubelende berichten uitgaan, al worden verzoeken om precieze en harde cijfers consequent genegeerd. Saoedi-Arabië steeg afgelopen jaar tien plaatsen -naar 33- op de toerisme index van het World Economic Forum. Op de WEF- conferentie in Davos afgelopen weekend prees onderminister voor toerisme prinses Haifa Mohammed al Saud de inspanningen en investeirngen die haar land zich getroost, met een triljoen dollars en meer dan 100.00 mensen die getraind worden. Tegelijkertijd ontkende ze geruchten dat in de nieuwe toeristische zones een vrije open samenleving zou gelden, zonder alcoholverbod. In NEOM en andere hyperluxe gebiede zullen gewoon de Saoedische wetten gelden, aldus de Prinses.  ‘We presteren al beter op toeristisch gebied dan andere landen met wat we vandaag aanbieden.‘

De islamitische bedevaart naar Mekka uitgezonderd was Saoedi-Arabië decennialang vrijwel ontoegankelijk voor toeristen, sinds kort zijn zij er juist uitdrukkelijk welkom. De geheimzinnigheid van het immense land – zo groot als het Verenigd Koninkrijk, Spanje, Duitsland, Frankrijk en Italië samen – trok direct avontuurlijke trendsetters. Betaalde influencers volgden snel, makkelijke visaregels en goede accommodaties trekken nu de high end toeristen. Die laten zich vooralsnog niet weerhouden door een alcoholverbod of het wat problematische imago van Saoedi-Arabië, met een bedenkelijk beleid ten opzichte van minderheden. 

Het toeristisch aanbod is divers, soms zelfs onverwacht. Neem Tanomah, een stadje in de hoge, zuidelijke Sarawatbergen. De bezoeker waant zich er in de Alpen: tinten groen, kampvuurtjes, striemend buitje, graad of zeven deze voorjaarsochtend en rond het rommelige kampeerveld hoge grijze rotsen. Uit de tentjes kruipen de beste klimmers van het Arabisch schiereiland. Ze malen bonen voor verse koffie, bakken shakshuka, de Arabische omelet. Een ander richt zich naar Mekka, dat is hier naar het noorden. ‘Negen uur jongens, verbreekt Hasan al Harithi (31, brandweerman) de ochtendrust. ‘We moeten gaan.’ 

Al Harithi is de boulderkampioen (rotsklimmen) van Saoedi-Arabië. Met twaalf andere rotsklimmers verzamelt hij rond Steve Long, een Britse instructeur die deze Saoedische voorhoede komt voordoen hoe ze de toekomstige toeristen moeten leren klimmen. Long hing als jonge klimmer nog onderaan de maatschappelijke ladder, maar dat is compleet omgedraaid. ‘Wij waren de jongens die in bushaltes sliepen. Nu belichamen we het high-end toerisme. Precies daar mikken ze hier in Saoedi-Arabië op.’ 

In Soedi-Arabië zijn rotswanden zat en de koele helft van het jaar kun je er heerlijk klimmen, zegt Arwa al-Santli (29), klimkampioen van de Saoedische dames en ook op cursus bij Steve Long. In het dagelijks leven is al-Santli consultant in de Saoedische toerismebranche. Ze beaamt de woorden van Long. ‘We willen geen toerisme zoals in de Verenigde Arabische Emiraten, waar ze de lokale cultuur vergeten zijn. Vooruitgang is niet alleen de hoogste toren bouwen. We zijn zoveel meer. Dus heel goed dat jullie hier zijn, om dat zelf te zien en op te schrijven. Er zijn nog teveel journalisten die denken dat Saoedi-Arabië alleen een zandvlakte is waar olie uit opborrelt.’

Dat is deels eigen schuld, zegt historicus Mohammed al-Yami (52), die mensen uit alle windstreken langs de mooiste plekjes van Saoedi-Arabië gidst, inclusief de rijkdom aan pre-islamitische beschavingen. Aanvankelijk ging dat moeizaam, vanwege de dominante conservatieve ideologie, die decennialang vrijwel alles verbood. ‘We leefden veertig jaar in het donker. De radicalen verboden archeologie, alle onderzoek naar oude beschavingen. Omdat je dan de kans zou lopen goddeloos te worden. Ik denk: alleen als je cultuur niet sterk genoeg is, loop je dat gevaar.’ 

Inmiddels kan al-Yami ongehinderd gaan en staan met zijn toeristen. Archeologen van naam graven de laatste jaren intensief naar het rijke verleden, Saoedi-Arabië telt inmiddels tienduizend archeologische opgravingen en lobbyt bij Unesco voor erkenning van meer werelderfgoed, stuk voor stuk parels voor toerismemarketeers. Al-Yami: ‘We leren de geschiedenis begrijpen en brengen dat in kaart. Dat trekt toeristen en brengt geld op.’ 

Het toerisme drijft nu nog vooral op bedevaartsplaats Mekka: de bedevaart levert al decennia miljarden dollars op. Voor 2030 mikt de Saudi Tourism Authority op een bijna verdubbeling: van 20 miljoen naar 37 miljoen pelgrims. Marketeers jagen nu ook het seculiere toerisme flink aan: Formule 1 naar havenstad Jeddah, een Dakar-rally door het ganse land, een wielertour in het bergachtige noorden, alcoholvrije raveparties in de woestijn, continu internationale artiesten naar grote festivals. Het Saoedische staatsfonds PIF – gevuld met oliedollars – tovert eilandjes in de Rode Zee in samenwerking met investeerders om tot ultraluxe wellnesscentra. Eind dit jaar moeten de eerste toeristen er neerstrijken. 

In de hoge bergen rond de futuristische stad NEOM in het hoge noorden moet een duurzaam en emissievrij wintersportoord verrijzen voor 700.000 toeristen in 2030, de temperatuur kruipt er in winternachten regelmatig onder nul. Elders in het noorden van het grote land ontwikkelt het onbedorven stadje Al Ula zich sinds 2018 al tot trekpleister voor de culturele toerist, die er ongeschonden natuur en het oorspronkelijke Saoedi-Arabië moet aantreffen. 

Het natuurlijk schoon van Saoedi-Arabië levert ook nu al trekpleisters. Langs de steile rotswanden van Wadi Lajab – een groene kloof in het diepe zuiden – klinkt de tropische roep van neushoornvogels en het gekrijs van bavianen. Uit hun metallicblauwe Jeep Wrangler stappen Indiërs Snehil en Sunita Hadani. Beiden werken in in Dubai, zo’n tweeduizend kilometer rijden naar het zuidoosten. Op hun reisroute staan nog hoofdstad Riyad (1.000 kilometer verder) en Al Ula (nog eens 1.000 kilometer verder), maar nu al zijn ze enthousiast. ‘Dubai is voor shoppers, Saoedi-Arabië heeft natuur, is uitdagend, echt iets voor ons en we only just scratched the surface! En zo schoon! Spotless!’

De Tsjechische Katarina Wrbasova (39) was al in Al Ula, het stadje waarmee Saoedische marketeers graag pronken, maar het stelde Wrbasova teleur. ’Je kunt er zandhutjes huren, met kampvuurtje en shisha, heel charmant. Maar het is allemaal zo gemaakt en zo duur,’ zegt Wrbasiva, bij een kopje thee met drie gastvrije jonge Saoediërs. Ze zitten op een kleedje naast het bergbeekje, waar ze zijn neergestreken voor Kashta. ‘Hier is het echt en authentiek. Ik zou liever hier kamperen!’ ‘Niet doen, adviseert Yasser (26), die de Tsjechische nog eens inschenkt. ‘Je hebt sowieso al die apen hier, die alles stelen. ‘s Nachts komen ook nog ‘ns de djinns – de geesten – tevoorschijn. Je zult niet slapen.’ 

Zomaar ergens in Saoedi-Arabië je tentje opzetten is aantrekkelijk en legaal. Maar voor de Saoedische economie is het beter als mensen een hotel boeken, zegt historicus al-Yami. ‘Je moet de mensen ballonvaarten bieden, yoga, klimtochten. Je moet Mariah Carey invliegen, dan blijven ze een extra nachtje slapen. Scepsis over de Saoedische mega-investeringen en kritiek op de ultraluxe -gebruikelijk onder Saoedi-Arabië-watchers en in de Westerse pers- wuift al-Yami weg. ‘Ik lees hoe er over geschreven wordt, maar alles is uitverkocht en er wordt goed geld verdiend.’ Ook consultant Arwa al-Santli zucht: ‘Alsof alles van ‘Vision 2030’ gebakken lucht is. Ze geloven niet dat we dat allemaal gaan doen. Dat we het kunnen. Dat we het willen. Maar we zijn een natie van jonge mensen. Het is niet alleen de prins, het is een heel land dat erachter staat.’


Mede mogelijk gemaakt door het Steunfonds Freelance Journalisten
Bericht verscheen eerder (4 juni 2022) in NRCHandelsblad

 

 

______________

Waardeer dit artikel!!

Bovenstaand stukje werd je gratis aangeboden. Als je dat waardeert en dat wilt laten blijken met een kleine bijdrage: dat kan! Zo help je onafhankelijke journalistiek in stand houden.

NB: Zonder kosten, elke cent komt in het journalistenbeursje
Naar doneren, veilig en in twee kliks. Thnx!

Geef een reactie