Lonely at the top

Op zoek naar de karakteristieken van talent neemt Talent jonge uitblinkers onder de loep. In de eerste aflevering van deze nieuwe serie : Sywert van Lienden (1990), voorzitter van het Landelijk Aktie Komitee Scholieren (LAKS), dat met succes de 1040-urennorm van tafel kreeg. ‘Je accepteert ons gezag niet meer’. (1793 woorden)


Factor: Talent

‘Ik weet niet precies wat mijn talent is. In mijn geval kan je misschien beter spreken van frustratie. En van idealisme. Plus een portie lef. Een inspiratiebron heb ik niet. Mijn opa -ik heb hem nooit gekend- was eerst actief in de politiek, later ving hij kansarme jongeren op in een kamp in Apeldoorn, om hun dingen bij te brengen waar de samenleving behoefte aan had. Zoiets heb ik ook. Als ik voel dat iets niet goed zit, dan wil ik nagaan waar precies het probleem zit. Vervolgens wil ik het aanpakken. Is dat genetisch, is dat talent? Ik weet het niet.

De lagere school was niet buitengewoon leuk. Ik werkte daar ongeveer twee uur per week, uitdaging vond ik er niet. Het begin van mijn middelbareschooltijd was daardoor ingewikkeld; ineens op het gymnasium, in een klas vol mensen die je wel begrepen. Dat was het moment dat ik me ook begon te interesseren voor dat sociale. Sommige boeken zijn het eerste jaar niet uit de kast gekomen. Ik ben blijven zitten.

Sywert (3)

Daarna ging het twee jaar goed, totdat ik kritisch begon te worden. Ik dacht: dit kan allemaal anders, en kreeg een grote mond. Toen werd me verzocht een andere school te kiezen. In de herfstvakantie ging ik van dat kleine gymnasiumpje naar een gigantische scholengemeenschap met drieduizend leerlingen, in de 24e klas met  nr. 5243 op het voorhoofd. Aandacht voor het individu was er niet. Frustrerend. Toen ben ik richting leerlingenraad gegaan.’

Factor:Toeval

‘Het had ook anders kunnen gaan. Mijn zus is nog geen jaar ouder en zwaar dyslectisch. Met hard werken haalt ze net het MBO. Bepaalde kansen zal zij nooit krijgen. Er zijn een paar momenten dat het mij ook anders had kunnen lopen. Toen ik van het gymnasium werd afgeschopt, wilden ze me eigenlijk naar de havo sturen. Een dieptepunt. Ik was helemaal alleen, mijn vrienden van de vorige school woonden ineens uren ver weg.

Ik werd weggezet als een mislukkeling, kreeg een flinke schop tegen mijn ziel. Omdat ik twijfelde aan mijn capaciteiten heb ik een intelligentietest gedaan. Ik was ongeconcentreerd, kon mezelf niet motiveren, niet inspireren. Hoe kwam dat toch? Uit de test kwam hoogbegaafdheid. Vervolgens heb ik drie maanden lang keihard gewerkt, keihard teruggevochten, nu ik wist dat ik het kon. Achteraf denk ik dat het mijn redding is geweest: als ik niet van het gymnasium was gestuurd, dan was ik een vervelend ventje geworden.’

Factor:Inzet

‘Met LAKS werken we keihard. Maandenlang, soms nachtenlang doorwerken. Dat wij zo aan de weg timmeren is een combinatie van toeval, lef en keihard werken. Hadden we half zo hard gewerkt, was het niet gelukt. Er was een moment dat we dachten de overwinning op zak te hebben, maar dat uiteindelijk toch het Museumplein vol moest. De tegenpartij dacht dat ons dat niet zou lukken. Kreeg ik nog een pesterig sms’je over van de DG (hoogste ambtenaar op ministerie, red.). Vergunning, podium, podiumvulling, toiletten, afhekking, politiemensen, betogers, alles moest geregeld binnen 36 uur. Gewoon doorbuffelen. Het is gelukt.

Sywert (2)

Voor school doe ik niks, echt niks. Kom er niet al te vaak meer. Misschien ga ik vrijdag nog even naar school, voor het sociale gedeelte. Sinds oktober heb ik niets meer gedaan. Ik heb een vage soort vrijstelling van het ministerie, dus van school sturen kunnen ze me niet. Intussen is het wel een giga-challenge geworden om alle toetsen in te halen. Misschien heb ik mijn hand wel overspeeld, maar ik denk het niet. Gewoon twee weken keihard blokken. Doelstelling formuleren. Doelstelling halen. Onder stress presteren vind ik heerlijk. En anders doe ik volgend jaar twee jaar in een jaar. Want ik wil zo snel mogelijk naar die studie toe.’

Factor:Ouders

‘Mijn ouders vinden het niet leuk wat ik doe. Dan gaat het vooral om praktische zaken, zoals kamer opruimen. Daarnet had ik er nog ruzie over met mijn moeder. ‘Je accepteert ons gezag niet meer,’ zeggen ze. ‘Daarom zit je natuurlijk ook bij die activistische club, daarom zet je de minister ook zo onder druk. Omdat je een hekel aan gezag hebt en blablablablabla….’.

Ik weet dat ze het goed bedoelen, maar ze mogen nu wel ‘ns loslaten. Ik geloof niet dat ik veel op hun lijk. Die drive, nee, die vind ik niet bij hun terug. Ze zijn ook niet maatschappelijk betrokken. Ze volgen nauwelijks wat ik doe, dat ik op televisie ben en zo. Ik ben natuurlijk ook niet veel thuis, vanavond slaap ik weer op de slaapbank van het LAKS-kantoor. Mijn zussen vinden dat wel jammer. Vooral mijn jongste zusje, daarmee ging ik altijd naar hockey.

Factor:Hulp

Hulp of stimulans heb ik nooit gehad. Aan hulp had ik laatst wel behoefte, dus ben ik gaan zoeken. Lennart Booij -hij is oud-voorzitter van het LAKS- zie ik nu wekelijks. Hij fungeert als een soort coach. En iemand als Rinnooy-Kan, daar praat ik graag mee. Ik doe ook mee met het initiatief van Doekle Terpstra. Ach, wat zijn hogere regionen. Terpstra is een hele normale man, waar je gewoon mee kan praten. Het zijn allemaal normale mensen.

Factor:Imago

Enger vind ik de media, die heb je niet in de hand. Er staan mooie stukken over me op internet, daar ben ik heel blij mee. Maar andere dingen verdraaien ze juist, of ze gaan met je hoofd aan de slag, plakken er iets smerigs aan vast. Dat soort dingen. Het is moeilijk als de cameraploegen op je afrennen, maar ik kan die knop goed omzetten.

Het lijkt naturel wat ik doe, toch is het bedacht. Ik zet ook gewoon mijn camerastem op. Ik geef antwoord, maar zorg dat ik daarna zeg wat ik echt wil zeggen. Je moet de bal bij jezelf houden. Sneller zijn met persberichten en reacties dan de VO-raad of het ministerie. Dat is de strategie. De NOS krijgt van ons als eerste een reactie, RTL en SBS daarna een iets andere. In De Wereld Draait Door spelen we het iets activistischer, want daar zit een jonger publiek.

Sywert (1)

In de brugklas maakte ik ooit een prachtig werkstuk, over DNA. Tachtig pagina’s, met een gelikte presentatie voor de klas. De helft begreep het niet, dus kreeg ik maar een zesje. Behoorlijk demotiverend was dat. Kennelijk kan ik dat nu wel, voor grote groepen mensen begrijpelijk zijn.

Factor:Zelfkennis

Laatst hebben we in het bestuur een rondje motivatie gedaan. Bleek dat de meesten daar niet uit idealisme zitten, maar omdat ze het leuk vinden. Daar ben ik wel boos om geworden. Het onderwijs zit niet goed in elkaar. Daar moeten we iets aan doen, daarvoor moet je de boeken induiken, daarop moet je studeren.

Inmiddels weet ik dat ik dat niet van anderen moet verwachten. Ik moest vroeger alles kunnen wat anderen konden. Nu ben ik niet meer zo perfectionistisch. Ik hoef niet overal meer goed in te zijn. Ik kan nu beter focussen. En ik kan best tegen kritiek, zolang het terechte kritiek is. Kreeg laatst in het bestuur te horen dat ik een kennisvoorsprong had, omdat ik zo hard werkte. Ja zeg, dat kan je mij toch niet verwijten? Heb je maandenlang tot vier uur s’ nachts doorgewerkt, krijg je dit. Daar ga ik nu niet meer zo fel tegenin. Laat maar, denk ik dan, ik ga mijn eigen weg wel. Delegeren vind ik moeilijk. Ik doe de dingen het liefst zelf, dan weet ik tenminste dat het goed komt.

Factor:Motivatie

‘De beta-vakken, daar ben ik goed in. Haalde zelfs tienen. Daartegenover een zesenhalf voor economie. Dus heb ik het profiel Economie en Maatschappij gekozen. Geschiedenis, maatschappij, dat interesseert me. Vorig jaar heb ik nog geïnformeerd of ik de middelbare school niet in het buitenland kon afmaken. Daar kwam LAKS doorheen, dus dat heb ik niet doorgezet.

Want deze school, dat is totaal demotiverend. Soms moet ik daar echt om lachen. Gigantische aantallen leerlingen. Middelmatige leraren. Een school moet een meerwaarde hebben ten opzichte van het lesboek, toch? Elkaar inspireren. Projecten maken. Gebeurt niet. Het boek wordt gepakt en vijf minuten voorgelezen, vervolgens gaan we verder met propjes schieten en vliegtuigjes vouwen. Een leerfabriek waar een 5,45 precies genoeg is.

Niet dat die cijfers me erg interesseren, ik wil gewoon wat leren. Mijn motivatie komt puur uit mezelf. Gedreven door nieuwsgierigheid en idealisme. Als de leerkracht zegt: daar kan ik niets aan doen, daarvoor moet je bij de directeur zijn. Dat de directeur op zijn beurt zegt: dan moet je bij het schoolbestuur zijn. Enzovoort. Dan kom je vanzelf bij het LAKS.’

Factor:Toekomst

‘Ik wil naar een Engelse universiteit. Oxford, Cambridge, als dat ‘ns zou kunnen. PPE (Philosophy, Politics and Economics) studeren. Anders wordt het zoiets als het University College. Het is niet mijn ambitie om in de spotlights te blijven. De tol is hoog als je alle dagen weg bent. Ik mis veel van wat er omgaat in mijn vriendengroep. Dit is allemaal best eenzaam. Dat is een bekend gegeven, de laatste twintig procent van het leider zijn is enorm eenzaam. Al die overleggen, tot diep in de avond. We noemen elkaar bij de voornaam, maar het zijn niet mijn vrienden. En ik zit ’s avonds laat weer tweeënhalf uur in de trein, of alleen op dat kantoor.

Aan de andere kant, het is leuk, uitdagend, verrijkend, en ik kan er mijn idealisme in kwijt. Maar de politiek is geen doel op zich. Als ik er in stap, wil ik dat vanuit een bepaalde expertise doen. Anders zit er een kloof met de realiteit. Ik werd uitgenodigd door de DG: kom eens vertellen wat er op school gebeurt. Dan denk ik: ga zelf eens de school in. Word eerst leraar. Dan pas heb je recht van spreken.’

Factor: Slot

‘Wat grappig is: destijds werden we met zijn vieren tegelijk van het gymnasium getrapt. We waren lastige jongens, met onderling een enorme chemie. Ik ben voorzitter van het Laks geworden, Jip voorzitter van het nationale jeugdkabinet, Stefan is nummer twee jeugdtenisser van Nederland, en Otto is een schaakkampioen. Kennelijk hebben we elkaar aangeslingerd. Lef, hard werken, ergens voor willen gaan. Iets willen doen.

Wat ik nog kwijt wil: op elke basisschool een talentscout, dat wordt gelukkig verankerd in de wet. Het kost geld, maar levert veel meer op. We moeten oog hebben voor talent. We hoeven niet allemaal Einsteins te worden, maar sommigen hebben wel een zetje nodig. Vijf tot tien procent van het VMBO heeft een IQ van 115. Dat is toch zonde. Als ik niet die innerlijke boosheid had gehad en keihard aan het werk was gegaan, dan was ik misschien ook wel verder afgezakt.’


Interview is uit 2008, als onderdeel van de serie Uitblinkers junior en senior

______________

Waardeer dit artikel!!

Bovenstaand stukje werd je gratis aangeboden. Als je dat waardeert en dat wilt laten blijken met een kleine bijdrage: dat kan! Zo help je onafhankelijke journalistiek in stand houden.

NB: Zonder kosten, elke cent komt in het journalistenbeursje
Naar doneren, veilig en in twee kliks. Thnx!

Geef een reactie