Een zorgboerderij in Syrië

Syrische gehandicapten brengen geen rugzakjes geld mee naar de interreligieuze zorgboerderij Al Ard. Wel hernieuwde levensvreugde en toenadering tussen hun ouders.”Godsdienst moet in dienst staan van de mensheid, en niet andersom.”

Een kind zit uitdrukkingsloos met een stokje in de grond te roeren. Gehurkt, onder een boom, ergens in een dorpje in Syrië. Naakt, op een versleten hemdje over de schouders na. Om de rechterenkel hangt een ketting met dikke schakels, de andere kant zit om de boom. Vragen over die ketting worden later zuchtend beantwoord: ”De ouders schamen zich waarschijnlijk. Ze weten niet wat ze met zo’n kind moeten. Dus wordt het opgesloten, of gaat het aan de ketting.”

Honderd kilometer verder, op ‘zorgboerderij’ Al Ard, bij de stad Homs, midden Syrië: Uitgelaten kinderen komen een busje uitrennen, stuiteren hun basketbal naar het sportveld. Een stuk of tien andere kinderen –de meeste mongools– trappen daar al lachend en springend tegen een voetbal. De enkeling die zich van het spel afkeert voelt de vastberaden handen van de leidsters in de rug.

Zorgboerderij Al Ard is uniek in Syrië. Vijfendertig geestelijk gehandicapte kinderen worden er dagelijks en kosteloos door professionele begeleiders ontvangen. Professionals als Elham, die Dorid (15, maar verstandelijk 4) helpt lijntjes trekken, van het ene stipje naar het volgende. Dorid hangt op drie centimeters van het papier, tuurt ingespannen naar haar hand. Elham: ”Ze zijn nooit gestimuleerd om iets te doen. Naar de meeste van deze kinderen is nimmer omgekeken. Dat had toch geen zin.” Elham (30) komt vijf ochtenden per week naar Al Ard, om met de kinderen te werken. Het is haar eerste baan, na jarenlang wachten. Af en toe gaat ze naar Damascus, om te worden bijgeschoold: ”Het is mooi werk. Door die simpele bewegingen te repeteren wordt hun motorische ontwikkeling gestimuleerd. Daarna kunnen ze gaan tekenen.”

Oorspronkelijk was Al Ard –Arabisch voor de aarde- een puur agrarisch project: op de 54 hectare land staan honderden amandel-, olijven- en pistacheboompjes. In de verte de bergen van Libanon, verder niets dan plat land. Landarbeiders zijn juist bezig de achterste hectares van stenen te ontdoen. Duizenden druivenstekjes staan achter het hoofdgebouw te wachten tot ze de ontsteende akker op mogen. Over zes jaar moeten ze honderdduizend flessen wijn produceren, schat de Nederlandse pater Frans van der Lugt (66), al ruim veertig jaar in Syrië en een van de drijvende krachten achter Al Ard. ”Daar kunnen we zelfvoorzienend mee worden. Want telkens om geld bedelen is ook niet goed.” Tienduizend dollars heeft Van der Lugt maandelijks nodig voor Al Ard. Nu nog komt het geld komt van Nederlandse fondsen en een paar Syrische altruïsten. Verder loopt Van der Lugt de Syrische kantoren van de oliemaatschappijen plat, met succes.

Abdulmasih Attiyeh is de andere drijvende kracht van Al Ard. Grootgrondbezitter Attiyeh –een fragiele man van 68- werkte jarenlang als bouwkundig ingenieur door heel Syrië, maar dat werd langzaam onbevredigend. Attiyeh zocht het in de liefdadigheid en vond in pater Van der Lugt en de Jezuïeten van Homs een partner. Sinds eind jaren zeventig zitten ze al samen in het sociale werk. Begin jaren negentig schonk Attiyeh een deel van zijn grondbezit en stichtte Al Ard, om iets hoopgevends op te bouwen. Attiyeh: ”De dorpen ontvolken. Jongeren zien hier geen toekomst. Dat is niet goed voor het land. In Al Ard kunnen ze zien dat je hier toch gewoon een bestaan kan opbouwen.”

Attiyeh en Van der Lugt zijn samen met de lokale bevolking gaan planten. Met donaties werd stukje bij beetje nieuw land aangekocht. De woonwagens waar ze kantoor hielden werden vervangen door een hoofdgebouw. De bouw daarvan lag nog vijf jaar stil vanwege het ontbreken van een bouwvergunning. Massiyeh: ”De overheid vertrouwde ons niet. Wist niet waarom we dit deden. Gaandeweg hebben we hen ervan overtuigd dat hier geen eigenbelang bij zit. Inmiddels staan ze volledig achter ons.” Tijdens de bouwstop heeft Al Ard nog wel drie kunstige lemen huisjes gebouwd, koepelvormig, naar eeuwenoude architectuur en met een potkacheltje voor de kille winterdagen. Daarvoor was geen vergunning nodig, want leembouw geldt als tijdelijk. In de huisjes vinden nu de professionals van Al Ard onderdak: landbouwkundigen, psychologen en een psychiater.

Naast de huisjes is een klein veldje met touwen afgezet. Een groepje oudere kinderen plant daar wat peperplantjes. Nimr – een goedlachse jongeman – begeleidt de jongeren, die zonder zijn aanwijzingen onherroepelijk afdwalen in hun eigen fantasie. Een van de jongens zit verderop in de schaduw onduidelijk te schuddebuiken. Nimr haalt hem van het bankje, laat hem een amandelboompje planten, beloont de jongen met een flinke schouderklop. Nimr –mank vanwege een kinderziekte- komt hier vijf ochtenden per week, vanuit een dorpje in de omgeving, net als de gehandicapten zelf. Het is hier fijn voor die kinderen. Zelf is hij trouwens ook erg blij met het werk. ”Niet dat het veel betaalt, maar het is goed om eindelijk eens wat om handen te hebben,” zegt Nimr, die omdraaiend ziet dat sommige plantjes wel erg veel water krijgen: ”Ho, ho, jongens, niet teveel.”

Het is de opvang van de kinderen die de plaatselijke bevolking Al Ard heeft doen omarmen. Dat is een gouden greep geweest, zegt Attiyeh: ”De progressie is enorm, meer dan ik had durven hopen. Het project trekt ons momenteel meer vooruit dan dat wij het vooruit moeten trekken.” Van der Lugt: ”Voor mij is de zorg voor die kinderen een uitdrukking van ons verlangen iets voor de omgeving van Al Ard te doen en een brug te slaan tussen ons en al die dorpen. Over die brug lopen nu van beide kanten een hoop mensen.” Attiyeh: ”We hebben veel steun, een breed bestuur en veel positieve reacties vanuit de bevolking. En de  dialoog tussen christenen en moslims –die hier allebei nogal conservatief van aard zijn- is sindsdien goed op gang gekomen. Dat had ik niet verwacht.”

Dat had pater Van der Lugt wel verwacht. De oecumene –en dan inclusief de islam- is de basis van al zijn werk: ”Ik proef een heel sterk gevoel van inzet. Dat werkt aanstekelijk. Het gaat erom te laten zien hoe je mens kunt zijn, onafhankelijk van godsdienst. We willen de vooroordelen laten vallen. Daarom hebben we ook een ontvangstcentrum gebouwd. Daar praten we over zaken als milieu. Als psychoanalist praat ik zelf vaak over  psychologische problemen. En we hebben een vredeshofje. Daar praten we samen over het geloof en over spirituele dingen. Godsdienst moet in dienst staan van de mensheid, en niet andersom.” Dat de opvang van gehandicapten vooral bij de moslims erg aanslaat verbaast Van der Lugt niet: ”Zoiets ligt in het hart van de Koran. Dingen doen voor de mensen is daar heel erg belangrijk. Dat gevoel ervaren ze heel erg.”

Zorgelijker is hij over de christenen: ”Er doen een hoop christenen mee, maar de kerken hier staan niet achter ons. Die zijn bang dat ze onze meisjes kwijtraken, door gemengde huwelijken. Eerlijk gezegd zijn de moslims een stuk soepeler.” Het allerbelangrijkst, vindt Van der Lugt, is dat ‘we de moslims laten houden van de christenen’. Dat de laatsten uit Syrië vertrekken is hem een doorn in het oog. Ondanks alle ellende in de omringende landen waait er een nieuwe wind door Syrië. Dan moet je het land niet in de steek laten. Maar eigenlijk, weet Van der Lugt, is het een verloren zaak. ”Ik heb wel de hoop, maar niet de illusie die trend te keren.” Veel meer dan schouderophalen kan Van der Lugt daar overigens niet om. Zelf zal hij niet vertrekken uit zijn tweede vaderland: ”Als de christenen allemaal weg zijn, dan ben ik hier gewoon voor de moslims.”

(verscheen eerder in Trouw, mei 2006. Naschrift maart 2007: Al-Ard heeft inmiddels een website:  http://www.alardcenter.org/alardeng/welkome.htm)

______________

Waardeer dit artikel!!

Bovenstaand stukje werd je gratis aangeboden. Als je dat waardeert en dat wilt laten blijken met een kleine bijdrage: dat kan! Zo help je onafhankelijke journalistiek in stand houden.

NB: Zonder kosten, elke cent komt in het journalistenbeursje
Naar doneren, veilig en in twee kliks. Thnx!

Geef een reactie